Eten is voor kinderen net als fietsen: je moet het leren. Soms gaat dat gemakkelijk, soms wat stroef. Hoe je daar als ouder mee omgaat? Onze pedagogisch coaches helpen je op weg met deze 11 tips voor eten met kinderen (van alle leeftijden!).
1.
‘Ik zit vol’, klinkt het, terwijl er nog een bijna vol bord op tafel staat. Wat moet je dan als ouder? Een leeg bord is niet altijd nodig, vertrouw op het verzadigingsgevoel van je kind. Jij bepaalt wat je kind voorgeschoteld krijgt en wanneer je kind eet. Je kind bepaalt hoeveel. Vertrouw op het verzadigingsgevoel van je kind. Dring je eten op, dan eet je kind misschien te veel, wat op den duur kan leiden tot overgewicht.
2.
Een kleine portie op? Dan kan je kind om wat meer eten vragen. Dat is beter dan andersom: tegen een grote berg eten opkijken die je misschien niet op krijgt. Het helpt ook om het eten te scheiden: dus de boontjes los van de aardappelen op het bord.
3.
Boontjes of… groene frietjes? Maak het eten speels! Verzin samen een leuke naam voor een gerecht of maak het bord op een grappige manier op (in de vorm van een dier of gezicht bijvoorbeeld). Eten mag gerust speels zijn, zolang het uiteindelijk maar opgegeten wordt.
4.
Een gezellige tafel en rust en aandacht voor elkaar: zo is eten een fijn moment. Bied vooral veiligheid door rustig te blijven. Dring geen eten op en maak er geen strijd van. Je kind léért eten en dat vraagt om oefening en geduld. Net als leren fietsen dat vraagt.
5.
Eten wassen, kruiden knippen, eieren aangeven of beslag mengen: elk kind kan iets doen in de keuken. Al doende leert je kind nieuwe vaardigheden én proeft het ongemerkt nieuwe smaken en ingrediënten. Door deze betrokkenheid eten kinderen makkelijker.
6.
Eet op vaste momenten op de dag, zodat je kind leert niet de hele dag door te eten. Is je kind moe of afgeleid? Dan is eten moeilijker. Eet daarom op tijd, eet aan tafel en zorg dat de focus ligt op het eten. Geen speelgoed, tv of telefoon bijvoorbeeld.
7.
Behandel eten en drinken als voeding. Een stukje brood is geen troost, groente geen straf en pap geen beloning.
8.
Proef en probeer, benoem wat je lekker vindt, geniet en laat dat zien. Je kind imiteert jou, dus als jij van gezond eten geniet, zal jouw kind dat waarschijnlijk ook (gaan) doen.
9.
Soms lust je kind iets niet meer. Of wil hij het vandaag gewoon niet eten. Zoals eerder gezegd: voorkom strijd, maar ga niet té veel mee in het gedrag. Altijd iets anders aanbieden is niet de oplossing. Ontspannen blijven en accepteren dat je kind die dag misschien met wat trek naar bed gaat is op de lange termijn het beste. Doe je dat consequent, dan is dat duidelijk voor jou en je kind.
10.
Focus op het gedrag dat je ziet (in plaats op wat je níet ziet). Dus benoem dat je je kind ziet genieten, dat het veel erwtjes op heeft, of dat het durfde te proeven van de salade.
Je kind wil iets niet eten. Draait het hoofd weg, houdt de mond dicht, huilt, schreeuwt en/of slaat. Er is angst en weerstand tegen het eten dat je aanbiedt. Hoe ga je hiermee om? Laat je kind ontdekken met alle zintuigen, stap voor stap.
Werkt dit niet? Probeer eens een andere bereiding. Gekookte aardappel smaakt anders dan gebakken aardappel. Of houd het verschillende eten eens uit elkaar: tomatensaus, pasta en groentes los op het bord. Zo kan je kind zien wat het eet, dat maakt het minder eng.
"Je kind moet leren eten, net zoals het moet leren fietsen. Dat vraagt tijd en geduld"